Bijzondere tak van sport
Verhaal van schade
Schadevergoeding is een bijzondere tak van sport. Dikwijls gaat het om ellenlange procedures. Dat komt mede door de discussie over de hoogte van de schade. Die discussie wordt, dat leert de praktijk, door de schadeveroorzaker en vooral de verzekeraar het liefst zo lang mogelijk gerekt.
Om niet al te lang te hoeven wachten op een schade-uitkering kan een voorschot op de schade worden bedongen. Desnoods kunnen deze voorschotten in kort geding worden afgedwongen.
In geval van schade moet als eerste het bewijs geleverd worden dat de schade aan een (tegen) partij te wijten is. Uiteindelijk zal een rechter vaststellen wie verantwoordelijk is en wat de hoogte van de schade is. De daarmee gemoeide procedures zijn ingewikkeld en kosten doorgaans heel veel tijd.
Mulders advocaten kent het klappen van de zweep en maakt gebruik van de mogelijkheid die de wet biedt, zoals het voorlopige getuigenverhoor. Daardoor kan op voorhand, nog voordat een procedure een aanvang neemt, worden ingeschat wat aan bewijs aanwezig is. daardoor kan de tijd die gemoeid is met een procedure vaak worden beperkt.
Het berekenen van schade is een vak apart. Schadevergoeding kan abstract of concreet berekend worden.
Abstracte schadevergoeding betekent dat er een reële schatting gemaakt wordt van de schade wanneer deze niet meer precies is vast te stellen. Bijvoorbeeld omdat de onderliggende facturen niet meer aanwezig zijn.
De concrete schadeberekening is veel preciezer en vaak gefundeerd op administratie.
In complexe zaken wordt in samenspraak met externe deskundigen een schadeberekening gemaakt.
Het maken van een schadeberekening vraagt creatief en inventief denken.
Voorbeeld uit de praktijk:
Klantcase
Een auto-ongeval. De 55-jarige bestuurder, ondernemer, eiste bij de Belgische rechter vergoeding van inkomenschade. Om de schadeberekening te kunnen maken was het dus nodig vast te stellen hoe lang de ondernemer nog actief zou blijven. De verzekeraar van de tegenpartij was in eerste instantie van mening dat 65 jaar (destijds de pensioengerechtigde leeftijd) als uitgangspunt voor het vaststellen van de schade moest dienen.
In tweede instantie sloot zij aan bij de mening van Mulders Advocaten dat ondernemers hun onderneming vaak behouden tot hun dood, immers het bedrijf kan worden voortgezet door een goede directie.
De verzekeraar stelde vervolgens voor de gemiddelde leeftijd van een man, +/- 75 jaar, zoals berekend door het Nederlands instituut voor de statistiek als uitgaanspunt te nemen.
Daarover kon geen overeenstemming worden bereikt.
De rechter stelde Mulders Advocaten in het gelijk. Niet de gemiddelde leeftijd van de man moest als uitgangspunt genomen worden maar de gemiddeld tijd die een man van zijn leeftijd, op het moment van het ongeluk, nog te leven had. Grondslag voor de schadeberekening werd iets meer dan 87 jaar.